Dagboek van Boden - 27 mei 2020

De komende 3 weken probeer ik zoveel mogelijk dagboekfragmenten van Boden en Brooklyn te schrijven om je een idee te geven wat het is voor een hond om in een nieuw gezin te worden opgenomen en wat het is voor de hond van het gezin om er plots een soortgenoot bij te hebben. In beide gevallen zijn er angsten en onzekerheden, maar zeker ook positieve dingen. Hoewel we natuurlijk nooit zeker weten wat een hond voelt of denkt, probeer ik uit de taal van de hond zoveel mogelijk te halen om een realistisch beeld te schetsen. Ik hoop dat je hier wat aan hebt en wens je heel veel leesplezier. 







DAGBOEK VAN BODEN

27 mei 2020

5u30, de kleine begint te blaffen. Sssht, stil nou! Goh, wat moet je daar nu toch mee! Ik hoor dat ze zich alleen voelt. Ik antwoord niet. Ik ben altijd stil ’s nachts en ’s ochtends, nu moet ik dat ook niet veranderen. Wat moet ik doen?
Een halfuurtje later hoor ik boven voetstappen, eindelijk ze komen die jammerkont halen! Maareeuh, niet zonder mij he! Ah nee! Ze halen me uit de bench, Brooklyn ook. Ik antwoord haar nu wel, ik blaf even heel hoog.
We gaan samen naar buiten. Ik moet nu ook aan de leiband. Vroeger mocht ik gewoon vrij buiten, nu moet ik aan de leiband, omdat zij aan de leiband moet. Eigenlijk vind ik dat niet zo heel erg. Xana houdt mijn leiband vast, ik voel me goed bij haar, ik vertrouw haar. Ik moest dringend plassen en doe dus direct mijn ding.
Lekker gras! Ah, we gaan de krant uit de brievenbus halen. Goed!
Terug binnen! Xana pakt het eten voor de katten. Ja, die krijgen hier eerst eten, de verwende nesten! Ik ben alleen terwijl Xana de katten voert. Oh nee, daar komt Brooklyn binnen, ik blaf naar Shaggy. Oh, het mag niet. Xana pakt mijn halsband vast zodat ik niet tot bij hem geraak. Ik blaf en jammer. Ik stop. Oké, ik snap het wel, ik mag niet achter hem lopen. Ik probeer me in te houden. Lola zit op de koelkast. Bangschijter!
Ik krijg een Kong met voer. Brooklyn ook. Ik eet ‘m in de keuken, zij in de living. Lekker, dat smaakt! De katten eten verder in de keuken. Ik zie ze wel. Ik hou me koest. Brooklyn komt weer in de keuken, oh nee, de katten. Ik blaf weer naar ze. Dit keer geven ze geen krimp. Xana zit naast me. Ik word terug stil. Ik ben het er niet mee eens, maar ik besef nu dat ik wel beter rustig moet kunnen blijven. Oké, ik zie Shaggy over de grond lopen. Oooh, wat moet ik doen? Ik piep, maar blijf wel zitten. Ik krijg een beloning. Oké, dit is wat ze echt graag willen. Ik probeer me in te houden, maar het is niet gemakkelijk.
Puppy wilt spelen, oké, ik ga erop in. We lopen door de keuken en de living. We spelen hevig. Oei, ze willen dat we stoppen. We moeten buiten spelen. Ik stop, maar de puppy wilt voortdoen. Ze stopt nu ook.
Na het ontbijt van de mensen, ga ik samen met Xana wandelen, zonder het puppygeweld. Heerlijk rustig. Dat doet deugd. Ik gedraag me zo goed mogelijk. Ik krijg de rest van m’n voer. Lekker! We passeren de achterbuurhonden die op ons afgestoven komen. Grrrr, daar heb ik het niet mee! Ik blaf en val uit! Xana neemt me mee, we zigzaggen verder, dan een cirkeltje, oké, ik kalmeer terug, nu nog een 8tje. Ja, goed, oké, ik ben weer kalm, ik kan weer verder. We wandelen verder. Er gebeurt niets speciaals. Ik doe m’n best om zo braaf mogelijk te zijn. Ik doe het goed, want ik krijg veel van m’n voer.

Terug thuis. Daar is Brooklyn weer. Puppygeweld! Mijn harnasje gaat uit. Ik krijg een likmat met nog wat voer. Lekker! Brooklyn moet mee met Xana. Ze sukkelt om in haar harnasje te geraken. Ik blaf. Waarom eigenlijk? Ik weet het niet.... Xana gaat met haar naar buiten.
De achterbuurhonden blaffen weer, de buurvrouw roept. Nee, dat kan ik niet hebben! Ik blaf even.
Xana en Brooklyn komen terug binnen. Ik ga kijken. Ik vind het niet leuk dat Brooklyn zo dicht bij de snoepkast staat. Ik grom. Ze gaat niet weg, maar gromt terug. Ah zo! Da’s wel lef hebben! Xana pakt voor ons allebei een pensstaafje. Ik mag het op m’n bedje opeten, Brooklyn moet in de bench. We vallen allebei in slaap.

Brooklyn wordt wakker en moet pipi doen. Ik mag zonder leiband buiten, zij gaat aan de leiband. Ik wil spelen en daag haar uit. Ze antwoordt, ze wilt spelen. Joepie! We spelen! Eventjes heel gek en wild. Xana wilt dat we stoppen. Ze heeft gelijk, dus we stoppen allebei. Brooklyn begint mos en gras uit te graven. Ze krijgt een speeltje van Xana in de plaats. Hé, ik wil ook iets. Het klopt dat ik niet zoveel meer met speeltjes speel, maar nu wil ik ook wat. Ik kijk haar vragend aan. Niets.
Brooklyn begint weer te graven. Ze krijgt een ander speeltje. Ik ga kijken naar het vorige speeltje. Ja, dat wil ik! Ik speel ermee, Brooklyn met het andere. We liggen vlak bij elkaar met gewoon ons eigen speeltje. Leuk! Ik denk dat we misschien wel vrienden kunnen worden. Xana zegt dat we onze vriendschap moeten opbouwen, dus dat we daarom soms ook apart moeten zijn.
Brooklyn pakt een balletje uit de speelgoedbak. Ik wil ook eentje. Xana geeft er eentje. Tof! We spelen allebei met ons balletje.
Nu daagt ze me uit om te spelen. Ze pakt mijn balletje, maar ik vind het niet zo erg. Ze laat het vallen en ik pak het terug. Zij pakt het nog eens terug en wordt helemaal gek, wild, zot, ze begint de lopen op haar puppystelten en danst en springt... Oh jee, wat gebeurt er met haar? Ik word er stil van. Ineens is ze moe. Dat kan niet anders. Xana neemt haar mee naar binnen en zet haar in de bench. Ze jammert een beetje. Ik ben ook moe, dus ik ga ook naar binnen en kruip in m’n bench. Ik doe een heerlijk slaapje.

Na het middageten mag Brooklyn weer mee buiten. Ze heeft wat geslapen en was stil wanneer Xana haar uit de bench liet. Ze doet weer van die gekke bokkesprongen. Ik vind haar wel een beetje grappig. Ik wil meespelen. Ze komt ineens aan mijn oor likken. Oké, game on! We worstelen een beetje. Ik ga op de grond liggen wanneer ik voel dat we te wild zijn, zo wordt ons spel niet meer onderbroken. Ik begrijp haar beter. Ik maak me wat kleiner. Zij springt op naar mijn oren en lippen. Ze likt en nipt en ik doe lekker mee. Ik ga op mijn rug liggen, zij bovenop mij half en half, ik sta terug recht. Zij gaat op haar rug liggen, ik leg me er op m’n rug bij, hoofd aan hoofd op onze rug bekvechten we wat. Ik vind het allemaal nog spannend, zij ook, maar ik denk echt dat we vrienden kunnen zijn. Dit was al zeker een mooi speelpartijtje.
Brooklyn is moe en moet naar binnen. Ze moet weer in de bench met een Kong. Ik blijf lekker in het zonnetje. Zalig! Ik ben ook moe.

Xana komt plots met Brooklyn weer buiten, oei ongelukje? Tja, kleine puppewuppen, he! Ze plast buiten niet meer. Terug naar binnen. Ze moet slapen. Oei, weer terug buiten met de leiband. Wat is er gaande? Ik wil spelen! Nee, dat gaat niet, aan de leiband... Ik moet wachten. Brooklyn plast. Xana laat haar weer los.
We lopen eventjes samen, maar zijn eigenlijk te moe om te spelen. Wanneer Xana naar de keuken gaat, ga ik mee naar binnen en kruip in m’n bench. Brooklyn komt ook, ze weet alleen niet waar ze moet liggen, want het hekje is dicht. Xana legt een handdoek, Brooklyn gaat erop liggen en valt als een blok in slaap. Net als ik.
De deur naar de tuin staat open. Brooklyn staat opeens recht en gaat naar buiten. Ze snuffelt wat en gaat buiten liggen. Ik ga ook naar buiten, in het zonnetje liggen.
Dat was ook Brooklyns idee. Ze gaat eerst in de zon, maar dan al snel in de schaduw liggen. Beide slapen we nog wat. Rust.
Ik wandel een beetje door de tuin. Brooklyn kijkt naar me, maar gaat niet mee.
Samen gaan we terug naar binnen. De katten zijn hier! Ik blaf. Oh jeeeee!! Xana helpt me en geeft me voer bij het zien van de beweging van de katten. Ik probeer rustig te blijven. Het lukt. Ik mag nu naar mijn bedje in de living. Ik heb hard gewerkt, want dit was moeilijk voor me.

Brooklyn gaat met Xana naar buiten. Wanneer ze terug binnenkomen, zit Lola in de keuken. Ik blaf terug hard. Xana zegt dat dat niet mag. Ik stop. Shaggy is daarnet gepasseerd en dan ben ik rustig gebleven.

Xana pakt een kauwbeentje. Ze maakt ook een Kong klaar. We moeten naar buiten naar ons buitenhok. Ik in het eerste hok en Brooklyn in het tweede. Ze zeggen dat het niet voor lang zal zijn, maar ik kan dat niet inschatten. Brooklyn maakt een hels kabaal. Ze wil hier niet zijn. Ik hou me zo rustig mogelijk. Haar geblaf gaat door merg en been.
Ik blaf; er zijn mensen aan de poort. Wie zijn dat? Wat komen ze hier doen? Brooklyn blaft mee. Ze voelt dat ik wat bezorgd ben. Ze stopt eerder dan ik. I got this, babe. Ahaaa, de ene auto ken ik ondertussen. Da’s de makelaar die ons huis verkoopt. Ik ken hem niet persoonlijk, maar hij is wel oké. De andere wagen ken ik niet: bezoekers waarschijnlijk. Ik blaf nog een beetje, maar word snel stil. Brooklyn is nu ook stil. Ik denk dat ze begrijpt waarom ze nu in het hok zit, daar zit ze veilig voor de indringers op onze grond. Ik trouwens ook.

Ze zijn terug weg. We mogen terug buiten. Ik ga naar binnen. Mijn emmertje is vol. Ik blaf weer even naar de katten. Ik val daarna lekker in slaap op mijn bedje.



Beoordelingen

Er zijn geen beoordelingen gevonden.


Blog

Webshop gemaakt met EasyWebshop